Nu Vredestein in Enschede sluit, steekt moederbedrijf Apollo Tyres vele miljoenen in uitbreiding van andere fabrieken

Het zogeheten conferentiegesprek met directieleden had onlangs vanuit het hoofdkantoor in India plaats en draaide om de jaarcijfers van Apollo Tyres. Die vallen overigens wat tegen ten opzichte van het vorige boekjaar, maar komen uiteindelijk uit op een nettowinst van zo'n 123 miljoen euro. In Europa (dat wil zeggen: de fabrieken in Enschede en Hongarije) lijkt de winst - voor aftrek van belastingen en andere poten - boven 50 miljoen euro uit te komen.

Productie Enschede wordt opgevangen

Toch gaat het met name in het laatste kwartaal bergafwaarts met de resultaten. De concurrentie op de autobandenmarkt is moordend, terwijl de grondstofprijzen en productiekosten stijgen. In april werd bekend dat Apollo Vredestein in 2026, het jaar van de tachtigste verjaardag, de deuren sluit. En dat gaat ten koste van 500 banen, maar ook van een merk dat geworteld is in Enschede.

Investeerders willen weten of het sluiten van Vredestein grote gevolgen heeft voor de bandenproductie, maar dat valt volgens financieel directeur Gaurav Kumar reuze mee. "De fabriek in Enschede produceerde nog een half miljoen personenautobanden per jaar, terwijl we er in Europa 6 miljoen verkopen. Dat is dus minder dan 10 procent. Dat kan opgevangen worden in de bestaande capaciteit in India en Hongarije."

'Kosten zijn derde van Nederland'

Sterker: Apollo Tyres zet zelfs in op uitbreiding van de productiecapaciteiten en heeft de veranderingen die daarvoor nodig zijn al in gang gezet. De capaciteit van de fabriek in het Hongaarse Gyöngyöshalász wordt vergroot met vierduizend personenwagenbanden per dag en het zelfde geldt voor de in 2020 geopende fabriek in het Zuid-Indiase dorp Chinnapandur.

"Beide projecten bereiden ons voor op de toekomst", aldus Kumar in de meeting met beursanalisten. De financieel directeur verwacht een verbetering van de bedrijfssituatie in Europa als de fabriek in Enschede sluit. "Grofweg bedragen de productiekosten in Hongarije bijna een derde van Nederland. Dit zal zeker resulteren in een stijging van de winstmarge. Hoeveel is nu lastig te zeggen."

Moordende concurrentie

En gezien de financieringsproblemen van een paar jaar terug, die saillant genoeg samenhangen met de bouw van de fabriek in Hongarije, is die winstmarge ook nodig om leningen aan de bank en aandeelhouders te kunnen betalen. Apollo Tyres werd met de fabriek in Hongarije ook een concurrent van zichzelf, bovenop de schuldenlast. Werknemers hielden al jaren rekening met een aanstaande sluiting en zelfs het kabinet wist dat Vredestein 'vroeg of laat' zou sluiten.

In eerdere conferentiegesprekken liet vice-CEO Neeraj Kanwar zich ontvallen dat er is gekozen voor een fabriek in Hongarije om te kunnen blijven concurreren met de lage prijzen van marktleiders Michelin en Continental. De grote reorganisatie in 2020, waarbij 600 ontslagen vielen in Enschede, leek in eerste instantie meer dan 40 miljoen euro aan jaarlijkse kostenbesparingen op te leveren, maar inflatie en stijgende energieprijzen hebben roet in het eten gegooid.

De afgelopen jaren is ook ingezet op uitbreiding van het Vredestein-merk. Deze 'duurdere' band rolt tegenwoordig ook naast het 'goedkope' Apollo van de machines in India. Enschede, waar Vredestein vandaan komt, is steeds benoemd als 'specialisatiefabriek', maar dat lijkt door marktomstandigheden en het uitblijven van investeringen in alternatieve technieken (zoals 'runflatbanden') nooit van de grond gekomen.