Ook kabinet verwachtte dat Vredestein 'vroeg of laat' zou sluiten, ondanks bemoeienis van oud-premier Rutte
Dat moederbedrijf Apollo Tyres al jaren bezig is met het vertrek van bandenfabriek Vredestein uit Enschede, lijkt steeds duidelijker. Als dat al niet bevestigd wordt door de interne en financiële keuzes van het bedrijf zelf, dan wel door de beantwoording van Kamervragen van Ilse Saris (NSC). Voormalig minister-president Mark Rutte blijkt zich na het massaontslag in 2020 persoonlijk te hebben bemoeid met de toekomst van Vredestein in Enschede. Die inzet bleek tevergeefs.
Op 17 juni 2020 neemt premier Mark Rutte op het Binnenhof in Den Haag zeshonderd handtekeningen namens de ondernemingsraad van Apollo Vredestein in ontvangst. Hij belooft zich te zullen inzetten voor het lot van het bedrijf en de dan nog 1200 werknemers. Uit de beantwoording van minister Dirk Beljaarts van Economische Zaken blijkt dat Rutte 'tweemaal persoonlijk contact' heeft gehad met de Indiase eigenaren van Apollo Tyres.
'Ondersteuning aangeboden'
Wat er in die gesprekken precies is gezegd blijft gissen. Maar volgens minister Beljaarts is er geprobeerd "het bedrijf te overtuigen van de voor van productie in Nederland, met name door te focussen op hoogwaardige, innovatieve productie. Daarbij hebben wij ondersteuning aangeboden om de business case hier aantrekkelijker te maken."
Het aflopende verhaal van Vredestein
Eerder omschreef 1Twente de lange weg die aan de aangekondigde sluiting van Apollo Vredestein in Enschede vooraf ging. Over de interesse van Apollo Tyres in een Oost-Europese fabriek, die er al voor de overname van Vredestein in 2009 was, maar ook over de Hongaarse staatssteun. Afgelopen week werd daar een nieuw hoofdstuk aan toegevoegd; in 2019 dreigde voor de hele Europese afdeling van Apollo Tyres het faillissement, omdat de schuldenlast vanwege de bouw van de nieuwe fabriek in Hongarije te hoog werd en geldschieters zich dreigden terug te trekken.
Het contact, dat aanvankelijk via ministers en rijksambtenaren verliep, is daarna overgedragen aan (regionale) ontwikkelingsmaatschappijen zoals OostNL en Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA). Samen met die partijen is er in de periode 2020-2021 een plan aan Apollo Tyres gepresenteerd waarin is uitgewerkt hoe het bedrijf 'hoogwaardige industriële activiteiten' in Nederland zou kunnen voortzetten met hulp van de overheid.
Eigenaren niet te overtuigen
Uit de beantwoording van de Kamervragen blijkt dat deze inzet de familie Kanwar - de eigenaren van Apollo Tyres - niet heeft kunnen overtuigen. "De eigenaren hebben echter steeds benadrukt dat het bedrijf zich, vanwege de ervaren concurrentiedruk, genoodzaakt ziet vooral op kosten te sturen", aldus Dirk Beljaarts in de schriftelijke beantwoording van de Kamervragen. Met name de gestegen energie- en personeelskosten zouden daar volgens Apollo Tyres toe hebben geleid.
"Deze aanpak sluit niet aan bij de Nederlandse strategie, die gericht is op een hoogwaardige, kennisintensieve maakindustrie. Uiteindelijk bleek het verschil in visie te groot om tot een gezamenlijke oplossing te komen. Om die reden hadden wij dan ook verwacht dat dit besluit vroeg of laat genomen zou worden."
gerelateerd
Download onze app
