Als medio 2026 de deuren van bandenfabriek Apollo Vredestein definitief sluiten, dan is het wel de bedoeling dat de eigenaar van de fabriek de grond schoon oplevert. Dat zegt wethouder Marc Teutelink in antwoord op vragen van D66. Met licht op (grote) branden die er in het verleden zijn geweest, zal er extra aandacht zijn voor bodemvervuiling door giftige PFAS.
Een eventuele sluiting van de bandenfabriek in het Enschedese havengebied is geen zaak van de gemeenteraad. Moederbedrijf Apollo Tyres kondigde vorige maand de definitieve sluiting van Vredestein aan, maar de ondernemingsraad laat de cijfers nog onderzoeken voor zij advies uitbrengt aan de Raad van Commissarissen. Al is de hoop op een goede afloop bij veel medewerkers wel vervlogen, mede gelet op alle gebeurtenissen van de afgelopen jaren.
Als Apollo Tyres de deur achter zich dichttrekt, zou dat volgens D66 niet zonder verplichtingen moeten zijn. "Nu is het produceren van (kunst)rubber niet het schoonste proces", zegt fractieleider Gertjan Tillema deze maandag in het wekelijkse vragenuurtje van de gemeenteraad. De fabriek in het havengebied staat er al sinds 1947. "Maar ook recenter weten we dat er sprake is geweest van vervuiling. In augustus 2003 woedde er een grote brand in het grondstoffenmagazijn van de fabrikant."
Nadien zijn er meer branden geweest, waarbij de vervuiling in het aanliggende Twentekanaal zelfs zodanig was, dat de drinkwaterproductie vanuit het kanaal moest worden gestopt. Tillema wil daarom weten in hoeverre er gade wordt geslagen, dat Enschede straks niet met vervuilde grond blijft zitten. Ook om een situatie zoals aan de Parkweg (de grond onder het asielzoekerscentrum is zwaar vervuild met asbest) te voorkomen.
Volgens wethouder Marc Teutelink zit de gemeente er bovenop zodra het zover is. "Als de activiteiten van zo'n bedrijf stoppen, dan geldt er een verplichting tot bodemonderzoek bij de eindsituatie. Dus als Apollo de activiteiten beëindigd, dan moet dat onderzoek er komen." Zo'n onderzoek richt zich op de mate van vervuiling, ten opzichte van een eerdere situatie en/of de kwaliteitseisen die de gemeente in haar regels stelt.
"Als er vervuiling wordt aangetroffen, dan zal dat ongedaan moeten worden gemaakt", vervolgt Teutelink. Dat wil zeggen: voor een groot deel. In de grond op industrieterreinen is enige mate van vervuiling toegestaan. Volgens Teutelink is er speciale aandacht voor PFAS (poly- en perfluoralkylstoffen), dat zijn giftige stoffen die onder meer voorkomen in blusschuim en dus mogelijk in de bodem bij Vredestein aanwezig zijn. De Omgevingsdienst Twente (ODT) zal toezien op het naleven van de verplichtingen.