Verkeer
Stuur appje
Zoek
Volkspark H ter Meulen

In Depot: Eerste Nederlandse volkspark lag een stuk buiten Enschede, maar tekende het begin van een ander tijdperk

Enschede had - en heeft - als eerste Nederlandse gemeente een heus volkspark. Ontworpen in de destijds hippe Engelse landschapsstijl die je alleen aantrof op de landgoederen van wie echt geld had, maar bedoeld voor Jan met de pet. Bij de opening in 1874 lag het Enschedese Volkspark een aardig eind buiten de stad. Maar het tekende het begin van een nieuw tijdperk.

Dat het park een eindje lopen was, blijkt uit een werk van H. ter Meulen, een verder volslagen onbekende schilder uit de regio. Het schilderij uit 1894 is in bezit van de Enschedese MuseumFabriek. Met een paar schetsboekjes van Ter Meulen, waarin onder meer een voorstudie van dat Volkspark-schilderij.

Opgeslokt: stad in ontwikkeling

Inmiddels is het Volkspark door de stad opgeslokt. Aan de architectuur van de wijken die het insloten, zie je nog altijd wanneer de stad uitbreidde. In de wijk tussen de stadsrand, vanaf de Nijverheidsstraat-Haaksbergerstraat, en het park staan de mooiste voorbeelden van villa’s uit de twintiger jaren die de stad heeft. Aan de andere kant van de huidige Singel verrees Pathmos, gebouwd tussen 1914 en 1928.

‘Rein genot’: 30.000 liter bier, 8.000 sigaren

Beide - zowel dat park als Pathmos - zijn sterk verbonden met textielfamilie Van Heek. Jan Herman trok de portemonnee voor de bouw van de wijk, oom Hendrik Jan liet een legaat na waarmee het Volkspark werd gefinancierd. De textielindustrie bloeide en massa’s arbeiders van elders moesten fatsoenlijk onderdak hebben. En - vooruitstrevend in die tijd - hun welzijn was belangrijk.

Volkspark H ter Meulen
H. Ter Meulen - een verder onbekende schilder - vereeuwigde het Enschedese Volkspark. Veel van de bomen op het doek zijn nog terug te vinden, net als andere elementen zoals de fontein en het vijverontwerp.
Beeld: Ernst Bergboer

Een park waar arbeiders zich konden verpozen, paste in dat denken. Het alternatief was immers het café. En dat bracht alleen maar ellende: geldgebrek, huiselijk geweld, en andersoortige liederlijkheid die men liever onbenoemd liet. Je leest dat ook af aan de lyrische berichten die de pers bracht over de opening van het Volkspark. Met innige dank aan stichter Hendrik Jan van Heek.

‘En als de nijvere werkman, vermoeid van den arbeid, hier met vrouw en kroost verademing zoekt en ontspanning vindt; als hij het voorregt van dit rein genot meer en meer leert waardeeren, boven de grovere uitspanningen die zoo vaak tot uitspattingen leiden en in ’t beste geval niets dan onvoldaanheid nalaten, dan moge hij zijne kinderen vertellen van den man, die een vriend des volks was, die het wilde toonen, dat werkgever en werknemer niet vijandig tegenover elkaar behoeven of behooren te staan; dat hunne ware belangen niet met elkaar strijden, maar één zijn, dat wederkeerige waardeering moet bestaan.’

- uit de Enschedeesche Courant van 7 mei 1874

In het ontwerp voor het Volkspark was - uiteraard - geen kroeg opgenomen. Wel een uitspanning: ‘de Jaargetijden’. In die wat sjiekere gelegenheid werd geen sterke drank geschonken. Wel bier. En dat viel in de smaak, zo blijkt uit omzetcijfers uit die tijd. In de eerste acht maanden van het bestaan werd er 30.000 liter bier geschonken en paften bezoekers 8.000 sigaren weg.

De emancipatie van heer en knecht

Of dat illustratief is voor verkleining van de kloof tussen bierdrinkende arbeiders en de sigarenrokende bovenklasse, die dan gebroederlijk gezamenlijk genoten van groen en frisse lucht, valt te betwijfelen. De klasseverschillen waren, met alle goede intenties van de stichter van het park, evengoed nog heel groot.

Volkspark en Enschede
Het Enschedese Volkspark lag ten tijd van de opening een eind buiten de bebouwde kom.
Beeld: topotijdreis.nl

Op die goede bedoelingen van Van Heek werd ook destijds al wel het het nodige afgedongen. Arbeiders riepen dat zij liever wat meer in hun loonzakje zagen, bovendien hadden zij amper tijd (en al helemaal niet de gewoonte) om te flaneren in een park. In stadsweide tussen park en de eerste huizenrij langs de Haaksbergerstraat hadden zij zich vermoedelijk even goed vermaakt.

En natuurlijk diende die zorg voor het welzijn van arbeiders een dubbel doel: arbeiders die het relatief goed hebben, zijn productiever en dat is goed voor de business.

Van plaggenhut naar park en Pathmos

Toch tekent dat Enschedese Volkspark - en ook een wijk als Pathmos - de kanteling van een tijdperk. Verschillen tussen standen werden langzaam kleiner, hoeden en petten verdwenen uit het straatbeeld, vrouwen mochten volwaardig meedoen, arbeiders kregen rechten. En vergis je niet: zo’n stenen Pathmoshuis in een zorgvuldig ontworpen tuindorp (en wat voorzieningen in het geval je ziek of arbeidsongeschikt werd), was voor talloze nieuwkomers uit plattelandsregio’s een reuzesprong voorwaarts.

“Moge hij zijne kinderen vertellen van den man, die een vriend des volks was, die het wilde toonen, dat werkgever en werknemer niet vijandig tegenover elkaar behoeven of behooren te staan…”

Het platteland in - pak ‘m beet - Drente bood weinig meer dan land- of veenarbeid, huisjes waren er van hout of plaggen. Herenboeren en veenbazen hadden een absoluut monopolie: zij bezaten zelfs de winkeltjes waar je in de winter, als er geen werk en geen inkomen was, op de pof wat eten kon kopen. Een circulaire economie, maar dan in een heel andere betekenis dan tegenwoordig: inkomen werd rondgepompt van bron naar bron. Jan met de Pet werd er geen cent wijzer van.

‘Kansengelijkheid’

Alles bij elkaar is dat Enschedese Volkspark het eerste hoofdstuk in een verhaal dat nog niet af is. Grote verschillen tussen bevolkingsgroepen werden lang als een soort natuurwet beschouwd - zo zat de wereld in elkaar, zo hadden de hogere machten het beschikt. Maar dat ging steeds meer schuren; klasseverschillen werden een moreel en maatschappelijk probleem. De kloof moest gedicht.

We zijn anderhalve eeuw verder. Je kunt bijna geen krant, opinieblad of partijprogramma openslaan zonder ergens het woord ‘kansengelijkheid’ te vinden. Het is nog altijd werk in uitvoering.

Een deel van de in dit artikel gebruikte informatie is afkomstig van de website van de Stichting Erfgoed Enschede.

Heb je een nieuwstip of nieuwe informatie?
Tip onze redactie via mail of telefoon. Deze vind je op onze contactpagina.