Het Enschedese college heeft ontwijkend antwoord gegeven op vragen van gemeenteraadsleden over misstanden en mogelijke discriminatie op het lokale klachtenbureau. Dat is niet voor het eerst. En daarmee wordt het moeilijk voor een gemeenteraad om te controleren of macht niet doorslaat en inwoners de dupe worden.
Aanleiding voor de raadsvragen was een publicatie van 1Twente over een interne e-mail waarin de toenmalige klachtencommissaris, Ninke van der Kooij, een medewerker van het klachtenbureau moedwillig buitenspel zette. Deze medewerker had een kritisch bijstandsrapport geschreven dat Van der Kooij in aanvaring bracht met de bijstandsafdeling en de gemeenteraad, en melding gedaan van discriminatie op het klachtenbureau.
Die discriminatiemelding was niet opgepakt door Van der Kooij en dat onderzoeksrapport was door haar op wankele gronden teruggetrokken. Enkele dagen voordat die e-mail werd verstuurd, had zij de gemeenteraad in een geheime bijeenkomst daarover bewust misleidend geïnformeerd en de medewerker, die niet aanwezig was, ernstig in diskrediet gebracht.
Raadsleden vertrouwden de lezing van Van der Kooij niet en drongen aan op een gesprek met de medewerker. De burgemeester zegde een gesprek toe. In de e-mail zet Van der Kooij uiteen hoe zij heeft voorkomen dat het tot zo’n gesprek met de burgemeester of raadsleden komt. Hij is gericht aan Erdo Smit, de loco-gemeentesecretaris en adviseur van het college.
Zowel de toonzetting van die e-mail als de reactie van Smit wekken de indruk dat hij wist hoe Van der Kooij wilde voorkomen dat dat haar medewerker openheid van zaken zou kunnen geven en daar mee instemt. Smit ontkent dat.
Lees verder onder de afbeelding.
Vast staat in elk geval dat de e-mail noch de inhoud ervan terechtkwam op het bureau van iemand die Van der Kooij had kunnen terugfluiten: interim-burgemeester Theo Bovens of toenmalig gemeentesecretaris Kees Meijer.
Vraag is nu hoe dat kan. In de beantwoording van de vragen over die e-mail ontwijkt het college de kern van die vraag.
Op de specifieke vraag of de burgemeester er op de hoogte was van de e-mail of de inhoud daarvan, komt het algemene antwoord dat de burgemeester is geïnformeerd over de toelichting die Van der Kooij zou geven op de geheime bijeenkomst. Dat is geen antwoord op de vraag.
Bij de vraag of gemeentesecretaris Kees Meijer op de hoogte was, gebeurt hetzelfde. ‘Voor bespreking van aangelegenheden die het klachtencommissariaat betreffen, wordt rechtstreeks met de gemeentesecretaris gesproken. Dat is ook hier gebeurd.’
Opnieuw: een algemeen antwoord op een specifieke vraag. Er zal vast met Meijer gesproken zijn, zeker over het uit de functie zetten en het voorgenomen ontslag van de medewerker. Maar de vraag was of er met Meijer over die e-mail en dus de opzet achter die acties is gesproken.
In deze beantwoording gebeurt nog iets: de bal wordt bij Meijer gelegd, die inmiddels uit dienst is. Niet rechtstreeks, maar suggestief. Het wekt de indruk dat hij op de hoogte was van de e-mail en de opzet van Van der Kooij (en niets heeft gedaan).
Even verderop gebeurt iets vergelijkbaars: ‘De Klachtencommissaris heeft de Algemeen Directeur geïnformeerd over het uit de functie zetten van de medewerker. Echter: wij waren niet bij deze gesprekken en kunnen niet verifiëren wat wel en niet is besproken tussen de Klachtencommissaris en de Algemeen Directeur’. Anders gezegd: het zou best kunnen dat Meijer wist van de opzet in die e-mail van Van der Kooij.
Maar hoe waarschijnlijk is het dat Van der Kooij haar baas op de hoogte bracht van de opzet om de burgemeester en de medewerker buitenspel te zetten? Of Bovens, die burgemeester zelf?
1Twente heeft de e-mail voorgelegd aan zowel Meijer als Bovens. Beiden waren stellig: zij kenden de e-mail niet en waren ook niet op de hoogte van de inhoud ervan. Er waren er twee die de e-mail wèl kenden: Van der Kooij en Smit.
Hamvraag hier is waarom die e-mail niet op het bureau van de burgemeester of de hoogste ambtelijke baas terecht is gekomen. Beiden waren in de positie om een stokje te steken voor de opzet van Van der Kooij.
Maar die positie is verschillend. De burgemeester is verantwoordelijk voor de klachtafhandeling (en daarmee het functioneren van het klachtenbureau), de gemeentesecretaris voor het personeel. De gemeenteraad controleert de burgemeester, maar heeft niets te zeggen over de ambtenarij of het personeelsbeleid.
Daar komt nog bij dat het klachtenbureau een stevig verankerde positie heeft om te voorkomen dat politiek, college of ambtenarij zich bemoeien met klachtafhandeling. Die moet onafhankelijk zijn.
Ook dat leidt tot een ontwijkende en diffuse beantwoording van vragen. Want: wie had hier moeten ingrijpen? En welke vragen mag de raad over de kwestie stellen?
Een aantal vragen wordt niet beantwoord omdat het om een interne personele aangelegenheid zou gaan. En daar gaat de raad niet over. Dat is een halve waarheid. De raad gaat niet over personeel, maar wel over integer handelen van de overheid, ook achter de schermen. En over de mechanismen die dat moeten waarborgen.
Die hebben in dit geval niet gewerkt. En het gaat om het klachtenbureau, bij uitstek het loket waar burgers terecht moeten kunnen als zij problemen hebben met die overheid. Raadsleden zouden geen knip voor de neus waard zijn als ze daar geen vragen over stelden.
Andere vragen worden gepareerd met de stelling dat of de burgemeester dan wel de gemeentesecretaris er niet over gaat en daarom niet werd geïnformeerd. Dat leidt tot een cirkelredenering waarbij niemand verantwoordelijk is.
Je verdwaalt in een mist van algemene, formalistische en ontwijkende antwoorden die om de hete brij heendraaien. Een ambtenaar werd geslachtofferd om interne strubbelingen over kwesties die inwoners aangaan. Dat was bekend, maar niemand greep in.
Zolang die schimmigheid blijft bestaan, is onduidelijk wat belangrijker is: het imago van een goed functionerend overheidsapparaat en posities van functionarissen, of het aanleveren van deugdelijke informatie aan de raad om de macht te kunnen controleren. En daarmee de belangen van inwoners te kunnen dienen.
Meer lezen over wat er speelde bij het Enschedese klachtencommissariaat? In het dossier op de website van 1Twente vind je alle artikelen die er tot nu toe over verschenen.
De discriminatiemelding van de betreffende medewerker heeft inmiddels geleid tot een onderzoek en een rapport. Dat rapport is onder geheimhouding beschikbaar voor leden van de gemeenteraad. Een verzoek van 1Twente om dat rapport is omgezet naar een formeel Woo-verzoek (een informatieverzoek op grond van de Wet open overheid). De uitkomst daarvan is op dit moment nog niet bekend.
De functie-ontheffing van de medewerker mondde uit in een ontslagzaak waarin de gemeente het deksel op de neus kreeg. Van de gronden voor ontslag bleef geen spaan heel; als er iemand iets te verwijten viel, dan was dat niet de medewerker maar de klachtencommissaris. Die had het eigen straatje schoongeveegd en haar medewerker voor de bus gegooid.
Smit zat indertijd de commissie voor die Van der Kooij aanwees als nieuwe klachtencommissaris. Dat leidde tot een omstreden benoeming omdat Van der Kooij niet voldeed aan het profiel dat de gemeenteraad voor een nieuwe klachtencommissaris had opgesteld. Hij is ook degene die, met de burgemeester, de beantwoording van raadsvragen ondertekent.
Van der Kooij vertrok in september 2023. Het klachtenbureau wordt nu geleid door een nieuwe klachtencommissaris, Loes Becking, die met de kwesties in dit artikel niets te maken heeft.