Twentse Arameeërs zien de (politieke) aandacht voor de situatie in Syrië al een tijdje verzwakken. Terwijl de zorgen over het lot van minderheden in het land, waar duizenden van hen hun roots hebben, er niet minder op zijn geworden. Afgelopen vrijdag kwamen in Enschede vertegenwoordigers van Arameeërs, alawieten en druzen samen met landelijke en Europese politici om erover te praten. Met het aanbieden van een petitie en het organiseren van een conferentie hopen zij de aandacht voor de mensenrechten in Syrië vast te houden.
Tussen al het oorlogsgeweld in Oekraïne, Gaza, Israël en Iran trekt Syrië wat minder de publiciteit. Het gaat weliswaar om een 'binnenlands probleem', maar wel een die vele culturele en religieuze groepen treft. Afgelopen zondag, twee dagen na de bijeenkomst in de Syrisch-orthodoxe kerk aan de Tromplaan in Enschede, blijkt ook waarom. In een Grieks-orthodoxe kerk in hoofdstad Damascus blaast een zelfmoordterrorist zichzelf op. Er vallen 22 doden en meer dan 50 gewonden. Hoewel de aanslag nog niet is opgeëist, is het vermoeden dat de daders gelieerd zijn aan terreurgroep IS.
Ondertussen worden in het laatste 'landenrapport' van het Ministerie van Buitenlandse Zaken christenen - net als druzen (een bevolkingsgroep die christelijke, islamitische en joodse elementen combineert) en koerden - niet genoemd als specifieke groep die te vrezen heeft in het land dat grotendeels onder bewind staat van de overgangsregering van al-Sharaa. Die president staat ook bekend onder de naam al-Jolani en als leider van de militie HTS.
Het landenrapport kan een belangrijke rol spelen bij het wel of niet verlenen van verblijfsvergunningen. Met andere woorden: de angst is dat christelijke asielzoekers kunnen worden teruggestuurd, omdat hun thuisland Syrië voor hen als veilig wordt gezien.
Ten onrechte, vindt bijvoorbeeld de Aramese Beweging voor Mensenrechten, die vanuit haar hoofdkwartier in Enschede opereert. Maar ook Isa Kahraman uit Rijssen, zelf Arameeër en vicefractievoorzitter van NSC in de Tweede Kamer, sprak daar vrijdag in Enschede over. "Ik stond in december niet te juichen", zegt Kahraman, die verbaasd was over het optimisme in politiek en media na de val van Assad in december.
"Assad was een verschrikkelijke dictator, maar we weten dat de opvolger meestal niet veel beter is. Zeker niet voor de minderheden." Kahraman zegt wel de hoop te hebben gehad dat het rustig zou blijven. "Maar helaas hebben we gezien dat er slachtpartijen zijn. Met name onder de alawieten, maar ook bij christenen."
De conclusies in het landenrapport hebben hem verbaasd. "Het kan niet zo zijn dat christenen niet als kwetsbare groep worden benoemd", aldus Kahraman. "Ik heb dit meegegeven aan onze minister van Buitenlandse Zaken (Caspar Veldkamp van NSC, red.). Hij heeft beloofd dat hij de christelijke en alawitische minderheden zal benoemen in het Europese debat dat eraan komt." Dat debat, met alle EU-ministers van Buitenlandse Zaken had overigens afgelopen maandag plaats, maar uit een samenvattend verslag wordt niet duidelijk of deze punten daadwerkelijk zijn besproken.
Alawieten worden, net als de lhbtiq+-gemeenschap, wél genoemd als kwetsbare groep in het landenrapport van Buitenlandse Zaken. En dat maakt ook dat de Hengelose Meltem Halaceli, die de uitzichtloze situatie van die gemeenschap onverminderd aan de kaak blijft stellen, zich grote zorgen maakt. "Tegen alle hoop in vertrouwden bevolkingsgroepen op verlichting en voldoening na de val van Assad", vertelt Halaceli. "Want alawieten willen ook vrijheid en democratie."
Maar sinds de val van Assad ziet ze hoe er executies en ontvoeringen plaatsvinden. Zoals in kuststad Banias in maart. Beelden van deze en andere gebeurtenissen gingen het internet over. "Geen enkel land en geen enkele organisatie staat de alawieten bij, want wij hebben één groot probleem: het negatieve imago dat alawieten niet als slachtoffer maar als dader worden gezien." De vertrokken dictator Assad is namelijk ook een alawiet (een mystieke stroming binnen de islam) en daarom moeten geloofsgenoten het nu ontgelden.
Met het uitnodigen van Europarlementariërs Bert-Jan Ruissen (SGP-ECPP) en Helmut Geuking (Familienpartei-ECPP) en het aanbieden van een petitie hoopt de Aramese Beweging voor Mensenrechten de situatie van christenen ook op de Brusselse agenda te krijgen. "Dat lukt", zegt voorzitter Aziz Beth Aho. "In 2016 (ten tijde van de Syrische burgeroorlog, red.) hielden we ook een conferentie in Brussel. En dat gaan we weer doen."
Bert-Jan Ruissen zit in de subcommissie Mensenrechten van het Europees Parlement. Hij belooft tijdens en na de bijeenkomst in de Syrisch-orthodoxe kerk aan de Tromplaan dat hij de inbreng van de Twentse sprekers Beth Aho, Kahraman en Halaceli zal meenemen in dat gremium. "Hun zorgen over de situatie van christenen, alawieten en druzen in Syrië zijn ook onze zorgen", aldus Ruissen. "Wij zullen in Brussel voor hen op blijven komen."