Fietscross of BMX is een echte familiesport. Tijdens het NK voor clubs vandaag in Hengelo staan er zelfs complete gezinnen aan de start. Maar ook als die bloedband er niet is, voelt het toch als familie. Dat blijkt als we de 19-jarige Timo Boesveld van FCC Lichtenvoorde vragen of hij hier vandaag alleen is.
“Klopt, ik heb geen familie bij me.” Waarop een clubgenoot met een grote glimlach roept: “We zijn toch één grote familie met z’n allen, Timo?” Dat vertelt ook René Rasner. Hij is namens fietscrossclub Het Twentse Ros het wandelende ‘aanspreekpunt’ - dat staat er althans op z’n hesje - deze dag: “Wedstrijden onder de vlag van de Nederlandse Fietscross Federatie (NFF, red.) zijn altijd gemoedelijk. Meer nog dan bij de KNWU, de bond waarbij de landelijke top is aangesloten. Bij de NFF, een echte breedtesportbond, rijden uitsluitend amateurs. Van alle leeftijden en niveaus en vaak rijden mannen en vrouwen samen, omdat het veld anders niet te vullen is.”
Zo rijdt de 41-jarige Bertina Louters van FCC De Heideclub uit het Friese Noordbergum (de enige BMX-club in heel Friesland!) tegen zowel mannen (cruisers 45+) als crossers van hetzelfde geslacht (dames 31+). In de finale (daarin steevast 8 rijders) eindigen weliswaar twee kerels op plek 1 en 2, maar plek 3 is voor een dame en Bertine rijdt naar een verdienstelijke vijfde plek.
Haar partner en haar zoon Jesper doen ook mee, vertelt ze: “We zijn meestal met het hele gezin op pad. Vaak gaan kinderen crossen door hun ouders, maar andersom gebeurt ook. Dat ouders gaan crossen, omdat ze toch altijd mee moeten met hun kinderen. Naar wedstrijden, maar ook naar trainingen. Fietscrossen is niet zoals je bijvoorbeeld vaak bij het jeugdvoetbal ziet. Dat je je kind brengt en na afloop weer ophaalt. Fietscrossouders zijn er altijd bij.”
Lees verder onder de afbeelding.
Wie er ook altijd bij zijn, zijn de EHBO’ers. Vandaag zes stuks per dagdeel. “Dat is echt nodig”, aldus een van hen. “Er zijn best veel valpartijen vandaag. Vooral bij de kinderen. Mogelijk heeft het met de warmte te maken. Dat ze net niet scherp genoeg zijn. Vaak valt de schade mee en is het alleen schrikken. Soms kneust iemand iets of moet er een snee gehecht worden.”
Een deelnemer overkwam dat in de eerste manche. “Ze zijn direct met haar naar de huisartsenpost gereden, waar de wond gehecht is, zodat ze de volgende manche weer aan de start kon staan. Het zijn geen watjes, die BMX’ers.”
Yoeri Tilanus (25) is ook van de partij. De bebaarde Hengeloër zat ooit tegen de Nederlandse top aan. Vanwege een studie Bedrijfskunde, die hij deze week met een 9 afrondde, is hij jaren geleden al gestopt met topsport, maar als hij al die fietsjes ziet rondgaan, kriebelt het toch weer: “Ik heb vorig jaar in een opwelling zelfs een nieuwe fiets gekocht. Kort daarna bleek echter dat ik dit jaar voor het eerst vader ga worden. Hartstikke mooi natuurlijk.” Hij lacht breeduit: “Voorlopig zijn er even andere prioriteiten, maar daarna...”
De afgelopen dagen hebben vrijwilligers de accommodatie tiptop in orde gemaakt: het gras is gemaaid, de baan zelf is geprepareerd, er zijn linten opgehangen. Op de wedstrijddag zijn er zo’n 30 vrijwilligers in touw. René Rasner: “Die mensen heb je hard nodig. Je kunt je als club aanmelden om een NK te organiseren. Het is veel werk, maar als we vanavond kunnen terugkijken op een mooie dag is dat het allemaal waard.”
Er zijn 27 clubs aanwezig bij Het Twentse Ros, dat met haar accommodatie zit ingeklemd tussen het wijkje ’t Rot en de A1. Een kleine 300 rijders bestrijden elkaar hier vandaag met als einddoel: de Nederlandse titel voor de eigen club. Het Twentse Ros eindigt als derde, op slechts één punt achter de Flying Bikes uit Kootwijkerbroek. De Vaart uit Dedemsvaart mag het hoogste treetje van het ereschavot betreden.
Geen podiumplek dus voor Tim Boesveld van FCC Lichtenvoorde en dat lag misschien ook wel een klein beetje aan hem: “Begin juli is het EK in Letland. Daar wil ik graag heelhuids aan de start staan, dus ik ga vandaag niet tot het gaatje. Ja, ik reed een klein beetje met de rem erop. En dat is met dat warme weer helemaal niet erg”, zucht hij lachend.