Hand in hand hebben politie en ondernemers gebied rond Wilminkplein schoongeveegd

De rust is teruggekeerd in het gebied dat voor veel inwoners en bezoekers van de binnenstad lange tijd een no-goarea was. De straten en pleinen rondom de Noorderhagen en het Wilminkplein waren het domein van drugsdealers en gebruikers. Er werd openlijk gedeald en gebruikt op vrijwel elke straathoek. Bezoekers van de stad liepen liever een blokje om.

Dat waren de ondernemers in het gebied spuugzat, erkennen René Bosch van Fellini en Monique Eberhard van Kosie. Met een aantal collega’s trokken ze in coronatijd aan de bel bij politie en gemeente. De nieuwe wijkagent voor de binnenstad Jos Siemerink pakte met andere agenten de handschoen op en dat leidde tot een werkgroep die voortvarend aan de slag ging.

„We hebben flink geklaagd”, erkent René Bosch. „Maar dat was ook echt nodig om ons doel te bereiken. Een veiliger gebied, waar inwoners en gasten zich in alle vrijheid kunnen bewegen, zonder over hun schouder te moeten kijken.”

De werkgroep, bestaande uit ondernemers, politie, gemeente, handhaving en pleinbeheer, kwam in de zomer bij elkaar en dat resulteerde op 11 juli in een aanpak waarbij een zero-tolerancebeleid werd gevoerd.

„Wij kennen als politie de groep die voor overlast zorgt, maar we hebben eerst met elkaar een schouw gehouden over welke gebied we het hadden”, zegt Siemerink.

Het is niet de eerste poging om het gebied veiliger te maken. In het verleden was er vanuit de gemeente de zogenaamde Kameleon-aanpak, een driejarig project om de drugsoverlast op- en rond het Wilminkplein en de Noorderhagen te beteugelen. Die aanpak werd wegbezuinigd, maar vanuit politie en justitie en gemeente werd nog wel geprobeerd de overlast in te dammen.

„Om eerlijk te zijn lukte dat niet bepaald”, zeggen Bosch en Eberhard. „De overlast bleef maar toenemen.” De twee horecaondernemers roemen de samenwerking met de politie en de handhavers van de gemeente. „Onze klachten zijn heel serieus opgepakt en door samen naar mogelijke oplossingen te kijken en er ook naar te handelen is het gelukt de overlast heel erg fors terug te dringen.”

De politie paste de roosters voor de binnenstad aan: meer mensen op de meest beruchte uren op de plekken waar het noodzakelijk is. „We zijn samen met de boa’s (buitengewoon opsporingsambtenaren, red.) en pleinbeheer (particuliere beveiligers, red.) veel zichtbaarder geworden in het gebied”, zegt Siemerink.

Vanaf 11 juli zijn er negenhonderd bekeuringen uitgeschreven voor overtredingen van de Opiumwet, zijn zestig personen aangehouden en zijn er tientallen gebiedsverboden opgelegd. „Die bekeuringen zijn geen doel op zich, maar we hebben met deze ontmoedigingsaanpak wel gemerkt dat de overlast enorm is teruggelopen. De daders komen er niet meer zo mee weg, want ook het openbaar ministerie heeft talrijke verdachten de laatste maanden vervolgd en ze zijn door de rechtbank berecht”, zegt Siemerink.

Hij beseft maar al te goed dat er van de aanpak een waterbedwerking uitgaat. Als je op een plek enorm veel inzet pleegt, verplaatst het probleem zich vanzelf naar een andere plek, waar dan de overlast ontstaat. „Maar we hebben heel goed in de gaten wie tot de groep overlastplegers behoort en houden ze, in samenwerking met de handhavers en pleinbeheer, goed in de gaten.”

Voor de ondernemers is het bijna onwerkelijk hoe de sfeer in hun gebied is verbeterd. „We merken echt dat het veel meer ontspannen is”, zegt Eberhard, die met haar Kosie in de Van Lochemstraat is gevestigd. „Dealers en gebruikers hingen altijd rond bij de Jumbo en rond de coffeeshops. Daardoor zag je dat veel mensen die naar de Oude Markt liepen, zo snel mogelijk bij ons langs wilden zijn. Ook als mensen bij ons op het terras zaten, was de spanning voelbaar. Sinds juli is dat met ons ruimere terras en de schoonveegactie echt enorm verbeterd.”

Bosch knikt instemmend. „Normaal zag je ouders met kinderen stevig aan de hand langslopen, uit angst, maar nu gaat dat allemaal veel losser en dus beter. We hebben nu korte lijnen met de politie, met handhaving en met Pleinbeheer. Bij calamiteiten is het snel schakelen en dan wordt het probleem direct aangepakt. Dat is een veilige gedachte en daar is het ons allemaal om te doen.”