Het eerste stadsgedicht is er bijna. Zaterdag werd Jos Eertink (35)
gekozen tot stadsdichter van Enschede en de afgelopen dagen waren druk. Vanmorgen werd ik vroeg wakker en heb ik in gedachten een concept gemaakt. Het gedicht is nog niet af, maar het komt. Een hele geruststelling, vindt hij, want nu hij de komende twee jaar 'moet' dichten over de stad, is er druk. Gelukkig stroomt het al in mijn hoofd.
SchilderenToen hij hoorde dat Enschede een nieuwe stadsdichter zocht, greep hij dat aan om het dichten weer steviger op te pakken. De laatste jaren heb ik meer tijd besteed aan schilderen. De verkiezing was een mooie aanleiding om weer veel te gaan schrijven.
SufIn zijn studententijd is hij écht gaan dichten, zegt hij. Op de middelbare school in Almelo maakten we ook gedichten, maar meer voor de grap. Dichten werd best suf gevonden, zegt hij. Als je er een geintje in stopte kon het weer wél.
RentreeHij studeerde Communicatiewetenschap aan de Universiteit Twente. Dat was gelijk zijn rentree in Enschede, de stad waar hij werd geboren. Ik speelde zaalvoetbal met een vriendenclubje. Als we gespeeld hadden, maakte ik nog diezelfde avond poëtische wedstrijdverslagen. Die plaatste ik in onze Hyvesgroep. Hyves, dan klink je toch ineens oud...
Diepere laagSpelsituaties uitlichten, het grappige combineren met een diepere laag. Dat is ook hoe hij zijn stadsgedichten wil maken. Poëzie vind ik op z'n mooist als het gelaagd en toegankelijk tegelijk is. Dat je in een eerste blik snapt waar het over gaat, maar later, als je het nog eens leest, nieuwe dingen blijft ontdekken.
Zoals Ingmar Heytze, ooit stadsdichter van Utrecht. Ik wil me absoluut niet met hem vergelijken, maar hij zet vaak een sterk beeld neer, waarna een heel nieuwe wereld voor je open gaat. Of Rutger Kopland. Op mijn bruiloft heeft mijn vader een gedicht van hem voorgelezen. Onder de appelboom, alleen die titel al. Je ziet het meteen voor je. Er zitten mensen onder die boom, er gaat een leven voorbij, prachtig. Het zijn deze dichters waar hij naar kijkt om te groeien.
FietsVoor Eertink zijn plekken in de stad dan vaak het uitgangspunt. Vanuit één beeld of één idee iets bouwen. Daarvoor moet hij de stad in. Op de fiets. Ik geloof niet erg in een kamertje zitten en wachten op inspiratie. Ik geloof niet in de heilige flits. Als ik naar mijn werk fiets, neem ik nooit dezelfde route. Even hierlangs, dan dat straatje in. Fietsen is fijn om je hoofd leeg te maken en dingen te zÃen.
BiertjeBoswinkel, ook daar moet hij nodig weer eens heen. Zou zomaar een gedicht kunnen opleveren. Ik ben er lang niet geweest. Daar stond mijn studentenhuisje, aan de Gelderlandstraat. Toen vond ik het geweldig. Fietste je diep in de nacht naar huis; zaten er nog buurtbewoners buiten en dronk je een biertje mee. Ik hoor dat de wijk veranderd is.
MijlpalenZijn band met Enschede is sterk geworden in zijn studententijd, zegt hij. En daarna alleen gegroeid. Alle mijlpalen in mijn leven spelen zich in deze stad af. Tijdens mijn studie heb ik mijn vrouw ontmoet, we zijn hier getrouwd, hebben een huis gekocht aan de Javastraat, de geboorte van ons dochtertje, mijn eerste baan.
Verhuizen? Hij zou er niet aan moeten denken. Grappig. Na mijn studie was alles open. Nederland, Duitsland - waar mijn vrouw vandaan komt - ik solliciteerde overal. Het werd het Wilminktheater.
GevoelInmiddels werkt hij bij ILG Foud Group, twintig minuten fietsen van de Javastraat. Nu besef ik pas hoe zeer ik in Enschede op mijn plek ben. Dat is ook een gevoel, ik kan het niet omschrijven. Als dát gevoel niet blijkt uit mijn gedichten, zijn ze mislukt. Daar zit ook nostalgie in. Hij knikt. Dat mag, maar ik vind het mooi om het na een nostalgische start met één woord naar het heden te trekken.
TrotsIn het Wilminktheater heeft hij gezien hoeveel moois er is in de stad. De reisopera, het orkest. Laten we daar ondanks het gezeik in het verleden trots op zijn. Ook al ga je niet naar een concert of de opera, het is mooi voor de stad. Het trekt creativiteit aan en ondernemerschap. Dat is heel goed voor Enschede.
Eerste stadgedichtOver zijn eerste stadsgedicht wil hij niets over vertellen. Niet omdat het geheim is, maar het is leuker als je het niet weet. Verwacht van Jos Eertink in ieder geval geen mening op een presenteerblaadje. Een gedicht is daarvoor niet de plek. Te veel mensen hebben te veel ongefundeerde voor-de-vuist-weg-meningen. Een gedicht moet het denken aanzwengelen. Ik hoop dat mensen zich een mening kunnen vormen aan de hand van mijn gedichten.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede, foto: Annina Romita