Na de eerste nederlaag vorige week tegen Heracles was er voor FC Twente nog genoeg om op terug te grijpen. In de kletsnatte Kuip was er geen enkel positief houvast te ontwaren. De Tukkers, die dit seizoen al regelmatig de complimenten kregen, zakten tegen Feyenoord ver door de ondergrens. Vooral na rust rammelde de defensie en kreeg Feyenoord de ene na de andere kans. Het mentaal broze elftal viel in stukken uiteen en er stond niemand op die Twente bij de hand nam. Het gevolg: een meer dan verdiende afstraffing.
Wat FC Twente niet wilde, gebeurde al vroeg in de wedstrijd. Het kwetsbare Feyenoord mocht vertrouwen tanken en kwam al na zeven minuten op een 1-0 voorsprong. Nadat Keito Nakamura voor het eerste gevaar in de wedstrijd had gezorgd, werden de Tukkers vervolgens verrast in de omschakeling. Na slap ingrijpen op meerdere plekken op het veld zette uitgerekend Steven Berghuis de thuisploeg op 1-0. De aanvaller, die volgens velen niet op het veld had mogen staan na zijn charge tegen AZ, kwam naar binnen en haalde doeltreffend uit.
Rust
Na 23 minuten kwam FC Twente weer naast Feyenoord en de ploeg werd daarbij in het zadel geholpen door Jerns Toornstra, die bij een breedtepass Aitor volledig over het hoofd zag. De rechterspits ging de een-twee aan met Haric Vuckic en behield vervolgens de rust en het overzicht: 1-1.
Lang duurde de Twentse vreugde niet, want net als bij de vroege 1-0 slaagde de ploeg van Gonzalo Garcia er opnieuw niet in om De Kuip onrustig te laten worden. Twee minuten na de gelijkmaker schoot Sam Larsson van buiten het strafschopgebied raak, nadat hij werd aangespeeld door Sinesterra die daarbij teveel ruimte kreeg van Peet Bijen: 2-1.
1200 supporters
Twente, dat in de Rotterdamse regen door 1200 supporters werd gesteund, zette daar voor rust nog kansjes voor Vuckic en Aitor tegenover, maar de ploeg was verdedigend te onzeker en aan de bal te slordig om het Feyenoord echt lastig te maken.
Bood de eerste helft nog perspectief, na rust was het ontluisterd wat Twente liet zien. Niets lukte er meer bij de bezoekers, die fout op fout stapelden. Drie minuten na de pauze had Larsson al zijn tweede van de middag moeten maken, maar hij stuitte op Joël Drommel. Even later was de Zweed wel succesvol. Dichtbij de achterlijn dolde hij Julio Pleguezuelo en zijn inzet werd door Peet Bijen in eigen doel gewerkt: 3-1. Die treffer kwam niet onverwacht, want Twente kreeg de problemen waar het om vroeg.
Balverlies
De ploeg grossierde in balverlies, verloor bijna alle duels en kwam niet meer van de eigen helft af. Symbolisch voor die fase was het spel van Javier Espinosa. De middenvelder, die ook al niet vrijuit ging bij de 1-0, liet zich constant wegzetten als een junior, maar hij mocht zowaar de 90 minuten volmaken. Ook verdedigend was Twente kwetsbaar. De angst regeerde en er werd niet of nauwelijks gedekt.
De vierde Rotterdamse treffer was typerend voor de wanorde. Na weer een fout in de opbouw, gevolgd door een struikelpartij van Vuckic, strafte Sinisterra het foutenfestival af: 4-1. Dat Drommel vlak voor tijd de bal pardoes in de voeten van Larsson schoof, dat kon er nog wel: 5-1 en paste helemaal in de beschamende vertoning in de tweede helft.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede, archieffoto: Tom Tudor