Het was zaterdagmorgen katterig opstaan voor veel FC Twente-supporters. De eerste nederlaag in eigen stadion dit jaar en het tweede verlies op rij had er om vele redenen hard ingehakt. Er was frustratie over het armetierige niveau, over de speelwijze, de wissels. Er was snoeiharde kritiek op de trainer en er was plotseling ook lichte paniek omdat Sparta op zeven punten is gekomen, met nog vijf duels te gaan. Je had vrijdag - als de meerderheid bij FC Twente gewoon een voldoende had gehaald - het kampioenschap nagenoeg binnen gehad.
En nu? Nu voelt die voorsprong voor de twijfelaars opeens niet zo comfortabel meer, maar eerder broos. Vooral ook, omdat het krakkemikkige spel de fans geen enkel houvast geeft en trainer Marino Pusic moeite heeft de rust en het grote overzicht te bewaren. De stress is voelbaar bij hem.
Hoofd erbij houden
Maar te midden van al dat gemopper er is ook nog een andere kant. Nu de scherven van het weekend zijn opgeruimd en de nieuwe week zich aandient, is het verstandig het hoofd erbij te houden. Zeven punten is nog altijd een mooie marge. Eentje die genoeg zou moeten zijn. Dat vraagt om goed management deze week in de kleedkamer van FC Twente.
Dat neemt niet weg dat er tegelijkertijd wel kritisch moet worden gekeken naar de huidige koers. Het klinkt gek, maar na 33 duels zit de oplossing voor de korte termijn misschien wel in de zoveelste aanpassing van het systeem. Je zou toch denken dat een lijstaanvoerder zich in april vast kan houden aan bepaalde zekerheden, maar in Enschede is dat nog steeds niet het geval. En dat gaat dit seizoen ook niet meer gebeuren.
Los zand
Trainer Marino Pusic laat zijn elftal al een tijdje in een 4-2-4-systeem spelen. Dat FC Twente met dat concept ook de nodige zeges heeft gepakt, klopt. Maar wie die wedstrijden analyseert, ziet ook dat het dubbeltje vaak net zo goed de andere kant op had kunnen vallen. Het aanvallende blok van vier functioneerde in defensief opzicht toen Tom Boere en Jari Oosterwijk nog de spitsen waren. Boere is er vanwege een gebroken kaak niet bij en dan is FC Twente in deze veldbezetting kwetsbaar bij balverlies.
De twee centrale spitsen - Fred Friday en Jari Oosterwijk - werken totaal niet samen. En dat is typerend voor het elftal als Wout Brama ontbreekt. Zonder het corrigerende vermogen van de aanvoerder is het los zand, en weet de linkerhand niet wat de rechter doet en andersom. Tegen FC Dordrecht waren te veel spelers bezig met zichzelf en niet met het grote geheel.
Terug naar 4-3-3
Het zou zomaar kunnen dat Pusic op weg naar het duel van vrijdag tegen Telstar weer eens gaat sleutelen aan zijn concept en in de eindfase van het seizoen toch terugkeert bij 4-3-3. De oefenmeester heeft niet alleen de beschikking over drie linkerspitsen in zijn selectie, hij bouwt daarmee ook wat extra veiligheid in op het middenveld. De afstanden en ruimtes worden met een nummer 10, of twee aanvallend ingestelde middenvelders en een nummer 6 daarachter kleiner, waardoor je zowel met als zonder bal meer druk kunt ontwikkelen.
FC Twente is in een fase beland dat simpel houden het beste is. Goed wordt het voetbal toch niet meer, het is nog louter een kwestie van overleven geworden.
© Newsroom Enschede, de samenwerking tussen TC Tubantia en 1Twente Enschede, foto: Ron Jonker